De Petrodollar, de VS en Venezuela

De petrodollar, het systeem waarbij olie-extractie en -verkoop in Amerikaanse dollars worden verrekend, vormt de kern van de wereldwijde economie. Sinds de jaren ’70 hebben de VS deze dollar-dominantie strategisch gepositioneerd om economische en geopolitieke macht te consolideren. Dit systeem heeft de dollar als de wereldwijde reservevaluta gepositioneerd en biedt de VS aanzienlijke voordelen op het gebied van handelsbalans en nationale schuld. Het blijkt echter ook een bron van spanningen, vooral in de relatie tussen de VS en Venezuela.


Column


Venezuela, rijk aan olie, bezit een van de grootste bewezen olievoorraden ter wereld, met een geschat aandeel van ongeveer 18,2% van de mondiale reserves. De controle over deze oliebronnen biedt Venezuela niet alleen strategische voordelen maar ook aanzienlijke economische mogelijkheden. Onder leiding van Hugo Chávez en later Nicolás Maduro, heeft Venezuela geprobeerd zijn economische onafhankelijkheid te versterken door de dominantie van de petrodollar uit te dagen.

In 2000, onder Chávez, begon Venezuela oliecontracten in euro’s te noteren in plaats van in dollars. Dit werd gezien als een directe uitdaging voor het petrodollarsysteem en leidde tot een internationale zorg over de mogelijke gevolgen voor de dollar. Hoewel deze verschuiving aanvankelijk meer als een politiek statement werd beschouwd, had het potentieel om de wereldwijde oliehandel te beïnvloeden en de dominantie van de dollar te ondermijnen.

De spanningen tussen Venezuela en de VS hebben zich in de loop der jaren verdiept. De Amerikaanse regering beschuldigde Venezuela van het ondersteunen van anti-Amerikaanse bewegingen en regimes, en de relaties verslechterden verder door beschuldigingen van mensenrechtenschendingen en corruptie onder Maduro’s regime. Deze spanningen werden verergerd door de Amerikaanse steun aan de oppositie en economische sancties die gericht waren op het ondermijnen van de Venezolaanse economie en het uithongeren van het regime.

De Verenigde Staten hebben sinds de vroege jaren 2000 regelmatig economische sancties opgelegd aan Venezuela, vooral gericht op de olie-industrie. Deze sancties beoogden niet alleen de economie van Venezuela te destabiliseren, maar ook de wereldwijde olieprijzen te beïnvloeden. Door de olie-export van Venezuela te beperken, hoopten de VS het land economisch te verzwakken en tegelijkertijd hun eigen belangen op de wereldwijde oliemarkt te beschermen.

De Amerikaanse inmenging in Venezuela en de sancties hebben geleid tot een humanitaire crisis in het land, met ernstige gevolgen voor de levensomstandigheden van de Venezolaanse bevolking. De poging om de dollar als wereldwijde handelsmunt te behouden heeft geleid tot aanzienlijke geopolitieke spanningen, waarbij de controle over oliebronnen en de gevolgen van economische sancties als centrale elementen fungeren.