Leugens van de overheid
Tweede Kamer, 18e vergadering Donderdag 4 november 2021
"De reden dat wij Rutte en De Jonge niet meer vertrouwen, is dat zij herhaaldelijk en aantoonbaar de Nederlandse bevolking hebben voorgelogen. Zo hebben ze gelogen dat een vaccin ons uit de crisis zou helpen, gelogen dat een vaccinatiegraad van 70% daarvoor voldoende zou zijn, gelogen dat de vaccins alle tests en trials hebben doorstaan, gelogen dat een QR-code op de werkvloer wettelijk onmogelijk gemaakt zou moeten worden, gelogen dat vrijwillig vrijwillig is en niet stiekem alsnog verplicht, gelogen dat er nooit voordelen zouden komen voor mensen die gevaccineerd zijn, gelogen dat we nooit toegangstesten voor terrassen zouden krijgen, gelogen dat mensen zich nooit gedwongen zouden voelen om te bewijzen dat ze zijn gevaccineerd, gelogen dat jongeren die voor de zomer de prik zouden halen een summer of love tegemoet zouden zien, gelogen dat alle maatregelen per 1 november zouden worden opgeheven en vooral — dat is de grootste leugen — gelogen dat dit beleid ook maar iets met volksgezondheid te maken zou hebben." - Gideon van Meijeren.
Bron: https://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/plenaire_verslagen/detail/2021-2022/18
Vredesonderhandelingen
Europese top van 27 en 28 juni 2024
"Zoals bekend, pleit Forum voor Democratie er consequent voor om de oorlog tegen Rusland te beëindigen en in plaats daarvan in te zetten op vredesonderhandelingen. Ik realiseer me dat FVD alleen staat in dit standpunt en dat alle overige partijen alleen maar meer wapens en meer munitie die kant op willen sturen. En natuurlijk kunnen we met elkaar van mening verschillen, maar ik kan me niet aan de indruk onttrekken dat veel partijen in deze Kamer op basis van onvolledige informatie tot hun standpunt zijn gekomen.
Ergens is dat niet eens zo vreemd, want in de media wordt maar één kant van het verhaal belicht. De Russische media zijn nota bene verboden in de Europese Unie. Alle deskundigen die hier in de Kamer worden uitgenodigd, komen uit hetzelfde pro-NAVO-bolwerk. Als Zelensky een speech houdt, wordt daar uitgebreid verslag van gedaan. Hij heeft zelfs de gelegenheid gehad om hier in de Tweede Kamer het podium te pakken, terwijl, als Poetin een keer zijn kant van het verhaal vertelt of een toespraak houdt, daar geen woord van wordt uitgezonden. Dat Forum voor Democratie ook de zienswijze van Rusland serieus neemt, maakt ons geen spreekbuis van het Kremlin, zoals vaak wordt gezegd, maar maakt ons de enige partij die zich van alle kanten laat informeren, alle feiten controleert en zelfstandig tot een weloverwogen standpunt komt.
Ik ga even inzoomen op een aantal aspecten van de beeldvorming die volgens mij feitelijk aantoonbaar onjuist zijn. Ten eerste het beeld dat Poetin uit pure agressie zomaar uit het niets het soevereine Oekraïne heeft aangevallen, dat hele land wil veroveren en als dat gelukt is, nog wil doorstoten en de rest van Europa wil gaan overheersen. Poetin zelf geeft aan dat zijn militaire operatie erop gericht is de veiligheid van Rusland te waarborgen. De NAVO, die nota bene is opgericht om Rusland te verslaan, heeft zich in de afgelopen decennia nota bene tegen de afspraken in steeds verder uitgebreid, tot aan de grens met Rusland. Het spreekt voor zich dat Rusland dit beschouwt als een reële bedreiging en dat Rusland die dreiging wil neutraliseren. Als je daarbij betrekt dat de inwoners van de Donbasregio, die etnische Russen zijn, sinds 2014 ernstig worden bedreigd en zelfs worden gedood door het Oekraïense leger — er zijn al vele duizenden burgerslachtoffers gevallen — dan is het ook heel begrijpelijk dat Rusland deze mensen wil beschermen en een humanitaire catastrofe wil voorkomen.
Dan de dreiging voor Nederland die van Rusland zou uitgaan. Als er aanwijzingen zouden zijn dat Rusland erop uit is om andere Europese landen te veroveren, dan zouden we die dreiging natuurlijk serieus moeten nemen. Ik zie alleen totaal niet waar de beweringen over die dreiging op gebaseerd zijn. Ik zie geen documenten, geen uitspraken van Russische regeringsfunctionarissen en geen gedragingen. Kortom, ik zie geen greintje bewijs dat erop wijst dat Rusland die ambitie zou hebben. Daarnaast zien we wel tal van oneigenlijke belangen die gemoeid zijn met deze oorlog. Het militair-industrieel complex is gebaat bij oorlog en verdient daar miljarden aan. De NAVO ontleent haar hele bestaansrecht aan oorlog. Politieke leiders uit het Westen zijn gebaat bij zo'n extern vijandsbeeld om de nationale eenheid te bevorderen en meer macht en controle over de eigen bevolking naar zich toe te kunnen trekken. Ook zijn er enorme economische belangen, zoals de controle over energievoorzieningen, en ga zo maar door.
Ik moet dus concluderen dat Nederland niet gebaat is bij deze oorlog. Sterker nog, wij lopen enorme veiligheidsrisico's. Door de Nederlandse betrokkenheid kan Nederland een legitiem doelwit worden van militaire acties. De risico's van een bredere oorlog in Europa, inclusief het mogelijke gebruik van kernwapens, zijn zeer reëel en zeer dreigend. Het is volstrekt onverantwoord om deze gevaren te negeren en door te gaan op het pad van escalatie.
Daarom dring ik er nogmaals bij de minister-president op aan: gaat u zich bij die EU-top nou eens inzetten voor het Nederlandse belang; ga nou eens pleiten voor vredesonderhandelingen. Rusland staat ervoor open en heeft al talloze pogingen gedaan om diplomatieke oplossingen te zoeken, maar vanuit de EU en de NAVO wordt alleen maar aangestuurd op meer oorlog. FVD zal zich hoe dan ook blijven inzetten voor een toekomst van vrede en dialoog in plaats van oorlog en vijandigheid, en voor een veilige en stabiele wereld voor toekomstige generaties, hoeveel weerstand dit ook oproept of hoe extremistisch u dit ook vindt. Dit is mijn standpunt en daar zult u het mee moeten doen." - Gideon van Meijeren.
Bron: https://www.tweedekamer.nl/downloads/document?id=2024D26990
Debat over het niet uitvoeren van de aangenomen motie
Tweede Kamer, 74e vergadering Dinsdag 21 mei 2024
"Bij het debat van vorige maand over het pandemieverdrag heb ik al gewaarschuwd voor de enorme gevaren en risico's die aan dat verdrag kleven en uitvoerig onderbouwd waarom Nederland daar nooit aan gebonden mag worden. Na het debat heeft de Tweede Kamer een motie aangenomen waarin de regering wordt verzocht om niet met het verdrag in te stemmen, maar desondanks heeft demissionair minister Pia Dijkstra vorige week kenbaar gemaakt lak te hebben aan deze uitdrukkelijke wens van de Kamer en van plan te zijn om gewoon te tekenen bij het kruisje.
Bronnen
Het is niet de eerste keer dat aangenomen moties worden genegeerd. Een ander schrijnend voorbeeld daarvan is de motie over het niet instemmen met de Europese digital ID, die de regering gewoon negeerde. Zo zijn er nog tal van andere voorbeelden. Het zijn geen kleinigheden, maar zeer ingrijpende maatregelen die de vrijheden en grondrechten van Nederlanders schenden en onze nationale soevereiniteit ernstig inperken. En het is nogal wat, hè, dat de regering, zeker bij dit soort fundamentele kwesties, handelt in strijd met de expliciete wil van de Tweede Kamer, vooral omdat het hier geen gevallen betreft van praktische onuitvoerbaarheid of onvoldoende financiële dekking of overmacht, maar om de doelbewuste keuze van de regering om de wil van het Nederlandse volk, die hier tot uiting gebracht zou moeten worden, te negeren. De hele essentie van democratie, namelijk dat het volk de baas is over dit land, wordt hier snoeihard geschoffeerd, op zo'n brutale wijze dat niet volstaat om te zeggen dat dit ondemocratisch is. Nee, dit is antidemocratisch.
En wanneer ik hier mijn zorgen uit over het verval van de democratische rechtsstaat, dan wordt mij vaak door de regering verweten dat ik de democratische rechtsstaat zou ondermijnen. Zelfs de AIVD kwalificeert tegenwoordig het uitdragen van de boodschap dat je de overheid of onze instituties niet kunt vertrouwen als een activiteit die de democratische rechtsstaat ondermijnt. En omdat ik dit verhaal ook buiten de Kamer uitdraag, word ik zelfs strafrechtelijk vervolgd, nota bene voor het oproepen tot geweld tegen de overheid. Hoewel ik altijd en overal expliciet oproep tot vreedzaam verzet, zou mijn fundamentele kritiek op het systeem in de woorden van het OM toch mensen op het idee kunnen brengen dat ze wel geweld zouden moeten gebruiken.
Het is allemaal zo ironisch en tegenstrijdig, want wie ondermijnt de democratische rechtsstaat nou daadwerkelijk? Is het niet de regering zelf die met haar arrogante handelswijze keer op keer laat zien dat zij de besluitvorming laat beïnvloeden door oneigenlijke belangen ten koste van het algemeen belang? En is het niet de regering zelf die keer op keer laat zien maling te hebben aan de democratie en geen greintje respect te hebben voor de volksvertegenwoordiging? Ja, het is de regering zelf die het wantrouwen in de instituties hiermee voedt. Het is de regering zelf die extremistisch en ondermijnend gedrag vertoont. Juist het antidemocratisch handelen dat we vandaag bespreken, deze ondermijning van het parlement door de regering die zichzelf onaantastbaar en boven alle kritiek verheven acht, leidt ertoe dat de onvrede in de samenleving toeneemt en niet effectief wordt geadresseerd. Dat leidt tot frustraties bij heel veel mensen en dat is wat Forum voor Democratie juist wil voorkomen. Daarom zullen wij ons blijven inzetten voor het herstel van de democratische rechtsstaat.
In de motie wordt de regering verzocht om niet in te stemmen met het pandemieverdrag. Als hoofdargument om die motie niet uit te voeren, wijst de minister op de rolverdeling tussen de Kamer en de regering. Daarbij suggereert zij dat uitvoering van die motie zou indruisen tegen de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen. Heb ik dat goed begrepen? Is dit de hoofdreden die de minister aangeeft?
Daarop voortbordurend: met deze redenering ben ik het fundamenteel oneens en die is ook juridisch onjuist. Het klopt dat de regering bij het vertegenwoordigen van Nederland in internationaal verband een zekere beleidsvrijheid heeft, en ook zonder voorafgaande goedkeuring van de Kamer besluiten mag nemen. Het klopt ook dat de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voorziet in een procedure op grond waarvan de Kamer bevoegd is om na instemming nog goedkeuring te weigeren. Maar in dergelijke gevallen zien we steeds dat, wanneer instemming door de regering eenmaal heeft plaatsgevonden, als argument wordt gebruikt dat Nederland internationaal gezichtsverlies zou lijden en onze geloofwaardigheid op het spel zou komen te staan als de Kamer die instemming niet zou goedkeuren. De minister-president heeft dat ook nog uitvoerig betoogd over het goedkeuren van het associatieverdrag tussen Oekraïne en de Europese Unie. Juist daarom is het zo belangrijk dat de regering al voordat er wordt ingestemd hier met de Kamer het gesprek aangaat om te peilen of er voldoende steun is. Dat gesprek heeft plaatsgevonden. De Kamer heeft het goed recht om in dat stadium al een opdracht aan de regering mee te geven. Dat is volledig in lijn met de wet. Er is geen enkele wettelijke regel die zich daartegen verzet. De Kamer heeft de opdracht gegeven om vooralsnog niet in te stemmen. Dan kom ik nu bij mijn vraag. Als de regering te goeder trouw is en de wens van de Kamer zo veel mogelijk zou willen respecteren, dan is het toch vanzelfsprekend dat de regering zo'n motie niet schaamteloos negeert en gewoon conform de wens van de Kamer besluit om ook niet in te stemmen?
Wat hier gebeurt, vind ik heel kwalijk, want de minister zet opnieuw de Kamer op het verkeerde been door hier in strijd met de waarheid te verkondigen dat de regering in strijd zou handelen met de rijkswet wanneer de motie wordt uitgevoerd. Kan de minister mij vertellen met welke bepaling uit de rijkswet uitvoering van die motie niet verenigbaar zou zijn? Welke regel verzet zich daar nou tegen naar het oordeel van de minister?
Die procedure klopt. De rijkswet geeft de Kamer de bevoegdheid om nog nadat de regering heeft ingestemd te besluiten om geen goedkeuring te geven. Maar niets in die wet, ook niet wat de minister zojuist opnoemt, verzet zich ertegen dat de Kamer op voorhand al opdrachten meegeeft aan de regering. Dat vloeit namelijk voort uit de Grondwet, op grond waarvan de Kamer het hoogste democratisch gelegitimeerde orgaan is, waarbij de regering als dienaar van de macht wordt geacht om tegemoet te komen aan de wensen van de Kamer. Erkent de minister dit? Of blijft zij volhouden dat zij genoodzaakt is tot het negeren van de Tweede Kamer, het buitenspel zetten van de democratie, omdat ze anders in strijd met de wet zou handelen?
Voorzitter, tot slot. Het is heel zorgwekkend dat de minister hier doelbewust een wettelijke regeling, namelijk de rijkswet, verkeerd uitlegt en de bevoegdheid van de Kamer om achteraf goedkeuring te weigeren zo uitlegt dat daarmee de Kamer niet bevoegd zou zijn om op voorhand al de minister een bepaalde opdracht mee te geven. Dat weet de minister ook dondersgoed. Dat gebeurt hier namelijk aan de lopende band. Bij tal van onderhandelingen wordt hier op voorhand gedebatteerd. Dan krijgt de regering bepaalde opdrachten mee. Het zou aan de regering moeten zijn om te goeder trouw de wens van de Kamer te respecteren en om die zo goed mogelijk te behartigen bij haar taak om Nederland internationaal te vertegenwoordigen. Dat doet deze regering niet. En er wordt ook nog eens gelogen over de redenen daarachter. Dat is heel erg laag en bovendien antidemocratisch.
Voorzitter. We hebben inmiddels het stadium bereikt dat de regering er een gewoonte van lijkt te maken om moties die haar niet goed uitkomen gewoon te negeren en niet uit te voeren. Daarmee zegt zij: wij hebben lak aan de wil van de bevolking, wij doen wat wij willen, wij zijn verheven boven kritiek en wij zijn verheven boven de controle die hier op ons wordt uitgeoefend. Dat is heel zorgwekkend. Dat druist in tegen het grondbeginsel van de parlementaire democratie. De Kamer staat vaak op haar achterste poten om daar verontwaardigd over te doen — hoe kan het nou zo zijn dat de regering moties niet uitvoert! — maar verbindt daar vervolgens niet de juiste consequentie aan. Zoals hier in het parlement al eerder door een ambtgenoot is betoogd: wie van het parlement een tandeloze tijger maakt, maakt het volk monddood. Daarom dien ik de volgende motie in." - Gideon van Meijeren.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
zegt het vertrouwen in de minister voor Medische Zorg op,
en gaat over tot de orde van de dag.
Bron: https://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/plenaire_verslagen/detail/2023-2024/74
Interpellatiedebat over nieuwe prikronde
Tweede Kamer, 96e vergadering Dinsdag 10 september 2024
"Dank u wel, meneer de voorzitter. Vanaf volgende week dreigt er een nieuwe prikronde te starten met die risicovolle mRNA-injecties. En hoewel er officieel nog geen verklaring is voor die voortdurende oversterfte — dat komt omdat die onderzoeken daarnaar op alle mogelijke manieren gefrustreerd worden — zien we in ieder geval wel een ontegenzeggelijke correlatie tussen die prikrondes en de oversterfte. Er is steeds meer bekend over de ernstige bijwerkingen in de vorm van hartspierontstekingen, miskramen en noem het allemaal maar op — in het uiterste geval sterfte. In combinatie met het feit dat er geen enkele dreiging uitgaat van het verkoudheidsvirus, is het volstrekt onverantwoord om opnieuw, volgens mij voor de zevende keer in een paar jaar tijd, miljoenen Nederlanders hieraan bloot te stellen. Daarom het verzoek om op de kortst mogelijke termijn een interpellatiedebat te houden met de minister van VWS, zodat we alles op alles kunnen zetten om haar hiervan te weerhouden." - Gideon van Meijeren.
Bron: https://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/plenaire_verslagen/detail/2023-2024/96
De heer Van Meijeren (FVD):
Dank u wel, mevrouw de voorzitter. Ons land heeft al decennialang te maken met zeer ingrijpende veranderingen van de bevolking, als gevolg van het rampzalige immigratiebeleid. Niet alleen neemt de omvang van de bevolking explosief toe. Ook de samenstelling van de bevolking verandert, waarbij allochtonen ten opzichte van autochtonen een steeds groter aandeel innemen. Dat gaat ertoe leiden, op deze manier, dat Nederlanders een minderheid worden in eigen land, wat in de grote steden nu al het geval is. Rampzalige gevolgen, niet alleen voor de druk op de sociale voorzieningen, maar ook …
De voorzitter:
Meneer Van Meijeren, dit debat gaat een richting op waarvan ik denk dat veel mensen daar aanstoot aan zullen nemen.
De heer Van Meijeren (FVD):
Dat begrijp ik niet helemaal, want we voeren een debat over asiel en migratie en volgens mij heb ik tot nu toe alleen nog maar feiten genoemd. Die kunnen natuurlijk choquerend zijn. Ik ben benieuwd naar de reacties.
De voorzitter:
Ik wou u alleen maar waarschuwen. Mevrouw Piri.
Mevrouw Piri (GroenLinks-PvdA):
Ja, voorzitter. Ik wil gewoon een punt van orde maken. Er worden hier nazistische omvolkingstheorieën geuit in de Kamer en ik hoop graag dat u ingrijpt.
De heer Van Meijeren (FVD):
Voorzitter, nogmaals. Volgens mij heb ik alleen maar feiten benoemd.
De voorzitter:
Ik vind het lastig.
De heer Van Meijeren (FVD):
De verandering van onze bevolkingssamenstelling baseer ik op informatie van het CBS. Van Dale, de Dikke Van Dale, omschrijft dit proces als omvolking, een term die ik zelf nog niet gebruikt heb.
De voorzitter:
Ho, nee. Dit gaat net een slag te ver. Ik verzoek u dit soort woorden alstublieft niet in de mond te nemen en dat bedoel ik vriendelijk.
De heer Van Meijeren (FVD):
En dan bedoelt u dus dat het woord "omvolking" …
De voorzitter:
Juist.
De heer Van Meijeren (FVD):
… niet gebruikt mag worden in deze Kamer?
De voorzitter:
Ik zou het zeer op prijs stellen als u rekening houdt met de gevoelens hier in de Kamer.
De heer Van Meijeren (FVD):
Volgens mij sta ik hier niet om rekening te houden met gevoelens van anderen in de Kamer. Ik benoem feiten. Ik benoem problemen. Ik ga zo dadelijk een oplossing voorstellen en het verbieden van woorden die gewoon in Van Dale staan, lijkt mij heel erg onverstandig. Daarnaast zou ik het ook waarderen wanneer u als voorzitter een iets neutralere positie inneemt en niet nog voordat iemand anders in de Kamer iets gezegd heeft al aan te geven dat "u zich voor kunt stellen dat dat tot veel aanstoot kan leiden".
De voorzitter:
Ik probeer het heel zorgvuldig te formuleren, meneer Van Meijeren. Ik probeer heel erg rekening te houden met iedereen hier in de Kamer. Ik geef het woord aan mevrouw Podt.
Mevrouw Podt (D66):
Voorzitter, ik zou het toch wel waarderen als u echt even iets steviger zou ingrijpen. Ik bedoel, kom op. De tijd van vriendelijk vragen is wel voorbij hierover. Dit is echt gewoon een woord waarvan we volgens mij hebben vastgesteld … Zelfs allerlei bewindspersonen hebben er afstand van genomen omdat ze dat in het verleden gezegd zouden hebben. Daar vind ik ook dingen van. Maar laten we alsjeblieft nou met elkaar vaststellen dat we dit gewoon niet meer gaan doen, dat dat het debat niet helpt en dat we daar gewoon mee stoppen.
De heer Van Meijeren (FVD):
Nogmaals, ik zal hier te allen tijde de feiten blijven benoemen zoals ze zijn. Ik kan de feiten niet mooier maken dan ze zijn. Het is volstrekt onacceptabel als we de kant op gaan dat bepaalde woorden of feiten in deze Kamer niet meer benoemd mogen worden. Daar biedt het Reglement van Orde overigens ook helemaal geen ruimte voor.
Mevrouw Rajkowski (VVD):
Uiteraard moeten we hier niet de gedachtepolitie met elkaar gaan spelen, maar op het moment dat er woorden worden gebruikt die regelrecht uit de naziliteratuur komen, dan kan ik toch wel als collega aan u vragen om dit soort woorden hier niet te bezigen, omdat die een groter effect hebben dan alleen zomaar op de vrijheid van meningsuiting? Nazitheorieën hebben wat mij betreft geen plek in dit parlement of waar dan ook in Nederland.
De heer Van Meijeren (FVD):
Ja, voorzitter, een persoonlijk feit. Ik word hier beschuldigd … Er wordt gesuggereerd dat ik hier nazitheorieën zou propageren. Ik zie mevrouw Rajkowski zelfs instemmend knikken. Dat vind ik nogal wat en dan hoor ik heel graag welke nazitheorie ik volgens haar zou …
De voorzitter:
Mevrouw Rajkowski, ik wil ingrijpen. Ik wil hier ingrijpen. Ik heb hier het Reglement van Orde voor me. Ik heb artikel 8.16 hier. We beledigen elkaar hier niet. Ik verzoek u dus vriendelijk … Nee, ik verzoek u niet vriendelijk; ik vraag u dringend deze woorden niet te bezigen en door te gaan met uw betoog of anders terug te gaan naar uw plek.
De heer Van Meijeren (FVD):
Maar die opmerking over belediging was dan, neem ik aan, gericht aan mevrouw Rajkowski of …
De voorzitter:
Nee, aan de hele Kamer.
De heer Van Meijeren (FVD):
Bij mijn weten heb ik niemand beledigd. Ik zal mijn betoog vervolgen, maar toch merk ik nog even op, al is het maar voor de Handelingen, dat de Dikke Van Dale "omvolking" omschrijft als het demografisch proces waarbij de oorspronkelijk bevolking van een gebied wordt verdrongen door immigranten. Daar kun je van vinden wat je wilt, maar wij zijn daar erg op tegen …
De voorzitter:
En dat mag tegengesproken worden door mevrouw Rajkowski.
De heer Van Meijeren (FVD):
… en wij willen dat proces gaan keren. Daarvoor stel ik graag een concrete oplossing voor.
Mevrouw Rajkowski (VVD):
Dan misschien gewoon een ja of nee als antwoord. Is de partij van de heer Van Meijeren het met mij eens dat als woorden ook in naziliteratuur gebruikt worden, we dan die woorden niet moeten gebruiken in dit parlement, omdat die ook als ze misschien niet zo bedoeld zijn, wel zo kunnen overkomen en dat het ook een vorm van goed bestuur is om die niet te gebruiken?
De heer Van Meijeren (FVD):
Dat wordt dan een hele vreemde gang van zaken, want in de naziliteratuur worden heel veel woorden gebruikt die ik ook gebruik. Ik denk dat het veel verstandiger is om te kijken naar wat iemand concreet voorstelt en welke betekenis aan een woord gegeven wordt door degene die een woord gebruikt, want op deze manier kunnen we hier natuurlijk geen normaal debat meer voeren.
De voorzitter:
Helder, helder. De heer Van Meijeren maakt nu een klein sprongetje en gaat zijn motie indienen of zijn betoog beëindigen.
De heer Van Meijeren (FVD):
Voorzitter, dank u wel. Ik wilde opmerken dat dit proces, waarover wij ons ernstige zorgen maken, uitsluitend kan worden gekeerd indien wij naast het terugdringen van immigratie ook inzetten op het stimuleren van vrijwillige remigratie. Nu weet ik dat de minister heeft aangegeven dat dit niet de inzet is van het kabinet, maar tegelijkertijd denk ik dat niemand er slechter van wordt als we eens deugdelijk gaan onderzoeken wat nou de mogelijkheden voor remigratie zijn en wat het juridisch kader is, en we een vergelijking maken met andere landen, zoals Denemarken en Zweden, die op dit moment al soortgelijke programma's hebben, zodat we een goed discussiestuk hebben aan de hand waarvan we het debat kunnen voeren. Daarom heb ik de volgende motie.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat Nederland te kampen heeft met een demografisch proces waarbij de oorspronkelijke bevolking van ons land wordt verdrongen door immigranten;
overwegende dat dit proces alleen kan worden gekeerd indien naast het terugdringen van immigratie ook wordt ingezet op het stimuleren van vrijwillige remigratie;
roept de regering op te onderzoeken welke maatregelen getroffen kunnen worden om vrijwillige remigratie te stimuleren, en daartoe eerst een onderzoeksvoorstel ter goedkeuring aan de Kamer voor te leggen, en gaat over tot de orde van de dag.
Bron: https://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/plenaire_verslagen/detail/2024-2025/5